De
titel geeft aan dat er afwisselend perioden van afstand en van nabijheid waren.
Er zit een spanning in de verhouding. Senior heeft deze er zelf ingelegd door te
snel te intiem te zijn met dit bijzonder knappe
joch. Hij heeft dit al snel in de gaten en corrigeert zich
onmiddellijk en blijvend. Maar de spanning is er en blijft tot het einde toe aanwezig. Toch
zitten er in de hechtingsfase, die heel duidelijk toch volgt, goede - zeg maar
'puur pedagogische' - momenten en perioden
in het contact. Junior nestelt zich bij perioden bij senior; hij komt dan
bijvoorbeeld dagelijks ontbijten en brood en fruit voor school meenemen,
dagelijks huiswerk en muziek maken; hij brengt dieren in en blijft een hele
zomervakantie, maar neemt dan weer een poos afstand in acht. Het
begin breekt senior lelijk op als de losmakingfase daar is: hij heeft het junior
wel erg gemakkelijk gemaakt om zich af te zetten. Dit gebeurt dan ook fors en
het is senior die zich gedwongen voelt het contact af te bouwen. |